We hebben een hond.
De andere dieren zijn met meer.
De katten zijn met z’n/haar vieren.
De oudste kat is aan het afbouwen, levenstechnisch
gezien.
De jongste kat heeft besloten dat de hond zijn
grootste vriend is.
De kippen zijn met heel velen.
Te velen.
Wel een haan, zeer oud.
Functioneert nog wel goed, voortplantingstechnisch
gezien.
De hennen zijn met 20.
We willen geen kuikentjes.
Daar denken de hennen anders over.
Om de haverklap zijn er hennen broeds.
Dagelijks haal ik de eieren onder de broedse kippen
vandaan.
Dat kost bij een enkeling veel moeite.
Ik moet dan een stevige jas aan en een handschoen.
Zo’n kip pikt heel hard en mijn armen zagen er al
redelijk getatood uit, zeg maar.
Soms is een kip slim.
Gaat ergens anders broeden.
In de tuin, achter de schuur, in de struiken.
Meestal vind ik de kip wel. Haal dan natuurlijk de
eieren weg.
Deze week bleek ik een kip over het hoofd gezien te
hebben.
Maandag zat een kip met veel kuikens bij de
houtopslag.
M. gesmst: Gefeliciteerd, ongeveer 9x.
Zij smste terug: PVD.
M. heeft moederlijke gevoelens, ook voor kuikens.
Ze gaf direct water en beschuit.
En hoorde in de houtopslag nog een kuiken piepen.
Met zaklantaarn op zoek. Wel geluid, niets te zien.
Nilsson kwam helpen.
Hij vond het kuiken en liep er trots mee in de bek
rond.
Dat mocht niet van M.
Een holpartij rondom het huis.
Nilsson verloor.
Het compleet natte kuiken werd onder de kloek gezet.
Er zijn nu 10 kuikens.
We hebben teveel beesten, vooral kippen.