De voorspelde dooi is niet bij ons gekomen. Vanmorgen lag er een paar centimeter sneeuw bij. Het heeft een heel klein beetje gemiezerd, maar dat zette niet door. De temperatuur bleef net boven nul.

Ons pad naar de weg is glibberig. Het sturen luistert nauw, want als je iets naast het pad stuurt, zak je gelijk wat naar beneden in de rulle sneeuw. We dachten er goed aan te doen om zout te strooien. We hebben 25 kilo zout gekocht (“consumptiegeschikt, kun je ook mee strooien”). Vanmiddag nogal wat op het pad gegooid. Dat is inderdaad gaan dooien, maar de sneeuw- en ijslaag is zo dik dat alleen de toplaag iets verwaterde. Eind van de middag is het gaan vriezen. Het is nu spekglad. Van die dingen, ja.

Agenda bekeken voor deze week. Apart. Toch wel onrustig ook. We laten ons verrassen.

We gaan er deze week een topweek van maken. Geen gedoe. Goed de zaken overdragen. Laatste spullen opruimen. Meenemen naar huis.

Zal mijn toespraakjes nog kritisch bekijken. Inkorten. Zakdoeken erbij kopen.

Aantal keren ben ik gevraagd naar de tekst van het lied van De School. Ooit zong L. dat op een informatieavond. De oorspronkelijke tekst was van Het Dorp, gezongen door Wim Sonneveld. Heb het gevonden.