Blog Image

Jan Geerts

Mijn blog - reacties welkom


Parabel

Hoofdstuk 9 Posted on ma, juli 17, 2017 14:08

Koekjes bakken was haar grootste hobby. Dat kon ze heel goed, vond
ze zelf. Ze kon vooral goed zandkoekjes maken.

Anderen aten ook graag haar koekjes. Op de vraag wat ze later wou
worden, antwoordde ze altijd koekenbakker!

En dat werd ze.

Eerst ging ze bij een befaamde koekenbakker in de leer en later
begon ze voor zichzelf.

Ze vervolmaakte de zandkoekjes en ze verkocht er vele. Ze moest
mensen in dienst nemen om aan de vraag naar zandkoekjes te kunnen voldoen.

Op een dag opende ze een tweede koekjeswinkel in een naburig dorp.
Ze zette er een van haar werknemers in en die maakte daar heerlijke
stroopwafels. Dat kon hij namelijk erg goed. Iedereen in het dorp hield van zijn
stroopwafels.

De derde koekjeswinkel werd geopend in een volgend dorp. Hier kwam
haar oudste medewerkster te werken en die kon geweldig lekkere spritsen maken.
Heel het dorp genoot van de spritsen en weer werd deze winkel een succes.

Omdat het dorp groot was, kon er nog wel een winkel bij.

Haar jongste hulp kwam hier te werken en hij maakte heerlijke
bokkenpootjes. Wederom een succes.

Al deze winkels moesten extra personeelsleden in dienst nemen om aan
de vraag naar de heerlijke koeken te voldoen.

De koekenbakker had nu meerdere winkels, veel personeel en ze vond
dat ze nu beleid moest gaan maken.

Ze volgde een cursus management, keek bij andere managers in de
keuken en ging toen managen.

De leiders van de winkels werden managers genoemd, de koekenbakkers
werden personeel en zij werd zelf de algemeen directeur.

Ze ging plannen schrijven die goed zouden zijn voor de managers en
het personeel. Ze had geleerd dat iedereen fris moest blijven en dat het werk
uitdagend moest zijn.

Niemand mocht vastroesten in oude gewoonten.

Ze wisselde de managers van winkel. De specialist stroopwafels ging
nu zandkoekjes managen, de zandkoekjes werden in het vervolg gemanaged door de
specialist spritsen, de spritsenwinkel werd geleid door de bokkenpotenexpert en
deze leidde nu de stroopwafelzaak. Als je het strak regelt en organiek goed voor elkaar hebt, klopt het precies. Ze kregen dus allemaal een nieuwe uitdaging. En
ze gaven geweldig leiding aan hun nieuwe winkel, want een koekje is ten slotte
toch een koekje en het maakt niet uit waar of hoe je dat maakt. Gelukkig kenden
de werknemers, de gewone koekenbakkers zeg maar, de verschillende bijzondere recepten
goed en merkten de klanten niet veel van de nieuwe leidinggevenden. Niet alle
leidinggevenden voelden zich gelukkig met hun nieuwe winkel. Ze hadden zoveel
plezier gehad in hun eigen specialiteit en de binding met het nieuwe koekje was
matig. Maar, zoals het managementstatuut, dat de algemeen directeur
koekenbakken had overgeschreven van een andere instelling, voorschreef was dit
wel een mentale uitdaging en het hield de mensen scherp en fris.

Het hele personeelsbeleid moest nu ook op de schop, zei de
opperkoekenbakker.

Als je te lang hetzelfde koekje bakt, heb je echt een nieuwe
uitdaging nodig.

De nieuwe regel werd nu dat als je meerdere jaren op dezelfde plek
had gewerkt, je naar een andere winkel moest en een ander koekje moest gaan
maken.

De protesten waren hevig, want ze hadden heel veel plezier in het bakken van hun eigen koekje en ze hadden leuke collega’s waar ze graag mee samenwerkten. Slechts enkele koekenbakkers vonden het een geweldige
uitdaging om een nieuw koekje te proberen.

Het hele personeel kwam desondanks in een carrousel terecht en in alle winkels
werden nieuwe koekenbakkers geplaatst.

Het bakken van de nieuwe koeken verliep met enige problemen. Volgens
de algemeen directeur koekenbakken waren dat aanloopproblemen die door de
managers van de winkels zo spoedig mogelijk getackeld zouden worden.

De winkels verkochten minder koekjes en na enige tijd liepen de
verkopen nog verder terug. Een klantentevredenheidsonderzoek leerde dat de
koekjes niet meer zo lekker werden gevonden. Vroeger waren ze veel beter, was
een veel gehoorde opmerking.

Volgens de grote koekenbakker was dat jeugdsentiment en zou het
slechts een kwestie van wennen zijn. De mensen moesten openstaan voor
veranderingen.

Dat bleek niet het geval. De koekjes werden bijna niet meer gekocht.

De omzet liep hard terug. Het ziekteverzuim onder de koekenbakkers
werd schrikbarend hoog.

De algemeen directeur greep in.

Ze vond dat er teveel managers waren en ontsloeg de helft.

Iedere manager had nu twee winkels te runnen en dat kon prima.

Dacht ze.

Toen de resultaten nog minder werden, halveerde ze weer de managers
en het aantal koekenbakkers. De personeelskosten vormden een te hoge post op de
jaarlijkse begroting. Ze had nu een manager voor alle winkels en in iedere
winkel een koekenbakker die koekjes maakte.

Maar er werden niet meer koekjes verkocht.

Veel gehoorde klachten waren dat de koekenbakker geen band had met
het koekje dat gemaakt werd en dat de manager er nooit was.

Het verhaal eindigde triest.

Alle winkels moesten dicht, de laatste koekenbakkers vertrokken en
de algemeen directeur koekenbakken bleef eenzaam en berooid achter.

Ze dacht aan vroeger, aan hoe het allemaal begonnen was.

Aan wanneer het was misgegaan.

Dat viel niet mee voor een algemeen directeur.

Zelfreflectie.

Zeker niet voor een algemeen manager koekenbakken.

Misschien moest ze maar eens informeren hoe het in het onderwijs was
geregeld.

Daar werd de transitie naar een dynamische organisatie gemakkelijk
gemaakt.

Ook dacht ze veel aan haar eerste koekjes.

Zandkoekjes.

Daar was ze goed in.

Dat vond ze erg leuk.



Weijdepop

Hoofdstuk 9 Posted on ma, juli 03, 2017 06:36

Je hebt een vergrootglas nodig.

Als je het groot wilt zien.

Ons dorp is namelijk klein.

En bijzonder.

Wij zoeken overeenkomsten in ons dorp.

Geen verschillen.

Dit weekend hadden wij een popweekend.

In een grote tent in een weiland.

Het heet Weijdepop.

Mooie naam, onnodig moeilijk geschreven.

Op vrijdag waren twee bekende dj’s voor onze jeugd.

De dj’s zijn zeer bekend in ons dorp.

De tent was afgeladen vol.

Topfeest.

Op zaterdag en op zondag traden veel bands op.

Wij kozen op zaterdag voor de Blues Busters met BJ Hegen & Jan Warntjes.

Heel
erg leuk.

Steengoede
blues.

Daarvoor
hoef je dus niet naar Grolloo.

Over
een paar jaar zijn de Stones net zo oud als BJ Hegen.

Als
ze dan net zo goed spelen als de band van Berend-Jan, gaan we wel weer eens
kijken.

Op
zondag gingen wij naar de huiskamer.

Dat
is een kleine tent naast de grote tent.

Ingericht
als woonkamer.

Kun
je lekker zitten.

Krijg
je eigengebakken kruidkoek en borrelhapjes.

Aan
alles is gedacht.

Als
er omgebouwd wordt op het grote podium, treedt hier een singer-songwriter op.

Nu
was dat Robert Baarda met Linda Evenhuis.

Robert
is de Nederlandse Bruce Springsteen.

En
heel goed.

Zonder
de E-Streetband benadert hij the Boss heel nauw.

Hij
maakt ook eigen nummers.

En
een nieuwe CD.

Wij
waren vol verwachting.

Hij
zou eigen werk spelen.

Ook
goed.

Robert
heeft ongeveer 10 jaar geleden al eens opgetreden bij mij op school.

Toen
werkte ik nog.

Dat
was als verrassing georganiseerd door J, A en A.

Was
heel leuk.

Heel
erg.

Wij
zaten op stoelen in de huiskamer en Robert en Linda verrasten ons.

Ze
herkenden ons van het optreden zo lang geleden.

Misschien
werden ze wat geholpen door anderen wat het geheugen betreft.

Ze
zeiden dat ze ineens zin hadden om drie nummers van Bruce Springsteen te
spelen.

Zo
mooi.

Zo
goed.

Wat
was dat leuk.

We
hebben ze hartelijk bedankt.

En
hun nieuwe CD besteld.

Komt
deze week met de post.

Wat
was het een mooi popweekend.

Het
was heel druk.

Gezellig
druk.

De
meesten kwamen uit Dalen.

Sommigen
kwamen van ver.

Die
kwamen kijken naar familieleden die optraden.

Een
mooi weekend.

Heel
goed geluid ook. Van Gertjan. Oud-leerling.

Pochte
iedereen over.

Doen
wij niet gauw in Dalen.

Maar
was wel zo.

Pop
in Dalen.

Gratis,
met alleen maar vrijwilligers.

Waar
een dorp groot in kan zijn.

Daar
heb je geen vergrootglas voor nodig.

(foto Esselien de Groot)



Update Akelig

Hoofdstuk 9 Posted on wo, juni 28, 2017 15:33

Schrijf het van je af, dan ben je het kwijt.

Bekende uitdrukking.

Ik kan hem bevestigen.

Was na het verhaal over de muis in de laars alles kwijt.

Voelt ook lekker.

Geen overbodige ballast meer.

Je zeult al genoeg mee in het leven.

Herkenbare en mooie reacties gehad.

Maar was het nu dus wel kwijt.

Echt kwijt.

De ochtendroutine verliep muistechnisch gezien niet meer.

Geen controle.

Als het goed gaat, hoef je natuurlijk ook niet te controleren.

Voor je het weet ben je een controlfreak.

Beetje zelfvertrouwen kan geen kwaad.

Wou vanmiddag met de honden lopen in het bos.

Is ook een routine.

Honden hadden veel zin en liepen al naar buiten.

Moesten de halsband nog om.

Snel jas aangedaan.

Wandelschoenen gepakt.

Die hadden een tijdje buiten gestaan omdat ze nat waren.

En de waterdichtheid van deze fijne wandelschoenen is nul.

Nu waren ze wel weer droog.

Deed ze snel aan.

Voelde wat strubbeling in de rechterschoen.

Gauw schoen uitgedaan en leeggeschud.

Een kikker viel op de grond en sprong weg.

Een groene kikker, voor wie dat belangrijk vindt.

Had dit niet verwacht.

Kikker gepakt en in de vijver gedaan.

Hij (zij?) zwom weg.

Schrok wel een beetje (ik).

Klein beetje.

Maar wie verwacht nou een kikker in de schoen.

Ik niet.

Vanaf nu moet ik nieuwe routine opbouwen.

En er niet over schrijven.

Dan blijft het beter bij me.



Akelig

Hoofdstuk 9 Posted on ma, juni 26, 2017 06:00

Dit gaat over bloed en dood en zo.

Dus niet verder lezen als je daar gevoelig voor bent.

Geregeld vind ik een hoofd.

Of ingewanden.

Hart.

Dat lusten ze niet.

De rest is spoorloos.

Op, zeg maar.

Complete doden tref ik ook aan.

Zit een luchtje aan, denk ik.

Onze katten houden de omgeving van ons huis muisarm.

Ze treiteren ze eerst dood.

Dan gaan ze warm eten.

Ze eten geen spitsmuizen.

Soms ligt een dode muis op een moeilijk toegankelijke plek.

Onder de kachel.

Of onder de piano.

We checken ons huis op vele plekken.

Ze jagen ook op mollen.

Ik ook.

Ik vang er meer, maar de katten leggen ook af en toe een dode in
huis.

Een enkele keer een rat.

Of een deel ervan.

Heb altijd medelijden met een gevangen muisje.

Heeft geen enkele kans.

Soms ontsnapt de muis en zit dan met heftig kloppend hart onder de
piano te wachten op ontsnappingsmogelijkheden.

Voor de piano liggen op strategische plekken twee katten en twee
honden.

De honden zijn altijd wel in voor een verzetje.

Muisje verliest in de loop van de nacht altijd.

Soms pakt M. een muis af van een kat.

M. kan dat goed en is heel kordaat.

Laatst redde ze weer een muis en bracht de muis naar het weiland in
veiligheid.

Muisje was waarschijnlijk nog wat beduusd en rende niet weg.

De kippen holden naar de plek waar M. de muis vrijheid had gegeven.

Luid kakelend kwamen ze trots met de muis in de snavel hun buit
laten zien.

Was het einde voor deze muis.

Ben altijd wat benauwd dat een muis zich verstopt in mijn schoen.

Of dat een kat een muis in mijn laars laat vallen.

Heb veel fantasie.

En afgrijzen.

Controleer al jaren mijn schoeisel.

Nooit wat aangetroffen.

Dan word je minder oplettend.

Deze week ging het mis.

Alle noodzakelijke handelingen ’s morgens gaan bij mij automatisch.

Is fijn.

Hoef ik niet over na te denken.

Ben ik zeker in de vroege ochtend niet sterk in.

Opstaan, douchen, aankleden, beesten begroeten en eten geven, kop
koffie drinken, honden uitlaten.

Dagelijks hetzelfde ritme.

Ik twijfelde of laarzen of schoenen beter waren.

Je moet niet teveel twijfelen in het leven.

Koos voor laarzen.

Controleerde niet goed.

Dat krijg je als het altijd goed gaat.

Routine is funest.

Voelde direct dat iets mis was.

Aan mijn tenen.

Het bewoog.

Dat is heel vervelend.

En heel schrikken.

Kon verrassend snel de laars uitkrijgen.

Heb de laars buiten geleegd.

Een volwassen muis herkreeg de vrijheid.

Mijn routine is nu geüpdatet.

Laarzen aandoen heeft een nieuwe routine gekregen.

Zolang het nare gevoel herinnerd wordt.



Oppasdag

Hoofdstuk 9 Posted on ma, mei 01, 2017 22:18

Vandaag was weer zo’n dag.

Een oppasdag.

M. en ik zijn dan oma en opa in het echt.

Wij verheugen ons altijd op deze dag.

Niet op het opstaan.

Dat is te vroeg. Voor ons te vroeg.

Al om zes uur in het weiland met de honden lopen is tegennatuurlijk.

In tijd gezien. Voor ons.

We gaan ook heel vroeg weg.

Om half zeven in de auto.

We moeten er op tijd zijn.

Eerst de overdracht en de laatste instructies.

En dan begint ons feestje.

Alleen met onze kleinzoon.

Eerst lag hij alleen maar een beetje te liggen.

Nu is hij al tien maanden.

Nu kruipt hij verrassend snel door de kamer.

Trekt zich overal tegenop en staat, al is dat nog wat wankel.

Hij zit rechtop en stoot klanken uit.

Wij oefenen de hele dag met praten.

Oma en opa. Dat zeggen wij voor.

Lukt nog niet echt.

Hij heeft veel lol.

En heel veel speelgoed.

Met allerlei geluiden en lichtjes.

En veel boeken.

Voorlezen vindt hij leuk.

Hij heeft al wel een voorkeur voor speelgoed.

De iPad en de iPhone.

Hij kan de iPhone zelf aandoen.

En hij kan swipen.

Ongecontroleerd, maar toch.

Hij gebruikt Siri ook.

Siri begrijpt hem nog niet.

Komt nog wel.

Hij kan dus nog niet lopen, maar wel de iPhone aandoen.

Modern kind, dus.

Eind van de dag weer de overdracht en dan naar huis.

Fijn, zo’n oppasdag.



Personeelswandeling 2017

Hoofdstuk 9 Posted on vr, maart 03, 2017 16:03

Het was de eerste woensdag in maart.

Tijd voor vroeger.

Om kwart voor twee zou de groep oud-personeel van de BWB-school
verzamelen in de school.

Om half twee waren de meesten er al.

Er waren ook drie personeelsleden van het huidige team.

Iedereen werd steeds ouder, een natuurlijk proces bij
gepensioneerden.

We vinden het jaarlijks heel leuk elkaar te zien.

De stemming zat er direct in.

We dronken eerst nog koffie en thee voordat we gingen wandelen.

Het programma is jaarlijks opgebouwd uit dezelfde elementen.

Wat goed is, hoef je niet te veranderen.

We gaan een eind wandelen in en rondom Dalen.

Een bijzonderheid wordt bezocht.

We gaan koffie- en thee drinken met een gebakje.

Voor de achtste keer doen we dit nu.

Met veel plezier.

We bespreken welke activiteiten we doen, welke kwalen we hebben,
hoeveel kleinkinderen we erbij gekregen hebben, welke hobby’s erbij gekomen
zijn en hoe leuk we het vinden elkaar weer te zien.

Ook zeggen we soms dat vroeger alles beter was in het onderwijs.

We kregen deze keer een puzzeltocht.

Tijdens de wandeling moesten vragen worden opgelost.

We liepen een bijzondere route door het park, over het
industrieterrein en langs het spoor.

De vragen zijn niet goed doorgekomen tijdens de wandeling.

Omdat we iedereen een kans willen geven om de prijs te winnen, komen
hierbij nogmaals de vragen:

1.
Hoeveel trekkers waren in het park bezig om de paden beter
toegankelijk te maken voor ons?

2.
Hoe vaak zijn we op hetzelfde punt gekomen tijdens de wandeling
doordat degenen die voorop liepen niet opletten?

3.
Hoeveel grasmaaiers stonden op het industrieterrein?

4.
Hoeveel fietsen waren bij Scholten buiten opgesteld?

5.
Voor welk bedrijf werd de groepsfoto gemaakt?

6.
Hoeveel treinen passeerden ons bij de twee spoorwegovergangen?

7.
Hoeveel verenigingen hebben hun domicilie in De Spinde?

8.
Wie dronken dit jaar geen advocaat met slagroom en ijs?

Tot nu toe zijn er heel weinig goede antwoorden binnengekomen.

De organisatoren hebben wel een prijs beschikbaar gesteld.

Zij hebben besloten om de inzendingstermijn te verruimen.

Tot uiterlijk 1 april 2017 mogen de antwoorden worden ingestuurd
naar het bekende mailadres.

Dan zal bepaald worden wie de prijs wint.

Volgend jaar gaan we weer op de eerste woensdag in maart wandelen.

Er is een grote wijziging.

Tot nu toe was de eigen bijdrage vijf euro.

De school betaalde de rest in het kader van het beleid voor
gepensioneerden.

Dat beleid is gewijzigd.

Er wordt gekort op de ouderenzorg.

Iedereen betaalt vanaf volgend jaar alles zelf.

Koffie, thee, gebak en drank.

Maakt mij niet uit.

Ik kom toch wel.



Zondagmorgen 2

Hoofdstuk 9 Posted on wo, februari 15, 2017 11:38

Er lag veel sneeuw in het bos op deze zondagmorgen.

Wij liepen ons rondje. Wij zijn Nilsson, Andersson en ik.

Ons rondje duurt een uur en 45 minuten.

Zeg maar een ronde.

Mooi weer.

Stil in het bos.

Dat vind ik fijn.

Stilte.

Mijmerend door het bos.

De honden kijken altijd uit naar andere honden.

Andersson om te spelen, Nilsson zoekt vooral vrouwtjeshonden.

Ben beetje bang dat we herders of vergelijkbare honden tegenkomen.

Op het eind van de wandeling, bij het bevroren vennetje, renden ze
vooruit.

In de verte zag ik twee mensen met een soort herder.

Gelukkig zwiepten alle staarten.

Het bleek Maan te zijn.

Kennen elkaar goed.

De bazin van Maan en haar dochter begroetten mij.

Vroeg hoe het ging.

Haar man is ziek.

Ernstig ziek.

Ze zei dat hij is overleden.

“Afgelopen week is hij overleden. Vrijdag is hij al
gecremeerd.”

Ik condoleerde.

“Hij heeft euthanasie gehad. Hij wou niet meer verder.”

Haar dochter vulde aan.

“Hij heeft ’s morgens nog zelf de krant uit de bus gehaald. Dat wou
hij beslist doen. In huis heeft hij nog een kopje thee gedronken. Daar deed hij
een half uur over. Daarna is hij zelf in bed gestapt.”

De bazin van Maan zei dat het zo goed was.

“De dag ervoor hebben alle kinderen, kleinkinderen, familieleden en
vrienden persoonlijk afscheid genomen. Dat was heel mooi.”

Het voelde heel lastig om op zo’n mooie dag midden in het bos met
spelende honden om ons heen hierover te praten.

“Op het laatst vroeg de dokter nog aan hem of hij het zeker wist. Dat moeten ze vragen volgens het protocol”, zei haar dochter.

“Hij zei dat hij het heel zeker wist. Wij waren met alle kinderen en
kleinkinderen erbij en het was heel indrukwekkend.”

Hij had een sterke wil.

“Hij wou beslist niet op bed komen te liggen en dan wegteren. Hij
wou dit zo op deze manier.”

De zakdoek werd gebruikt.

“Het is goed zo, maar ik ben nu wel alleen. Er is straks niemand als
ik thuis kom. Ik kan mijn verhaal niet kwijt.”

Verstand en gevoel zaten nog een eind uit elkaar.

“Ik weet dat het niet anders kon. Maar hij is nu echt weg.”

“Kom, we gaan verder”, zei ze tegen haar dochter.

Wenste ze veel sterkte.

Begreep de onmacht.

De machteloze pijn.

Altijd samen werd eeuwig alleen.

Verdriet.

We liepen door.

Gelukkig waren we snel bij de auto.

Het was te stil in het bos.



Rijp

Hoofdstuk 9 Posted on di, januari 17, 2017 17:02


« VorigeVolgende »