Na afloop ben ik altijd een paar dagen narrig.
Nog niet echt blij.
Vorige week eerst naar mijn oude garage geweest.
M en ik.
Die had een mooie auto staan.
De garageman vertelde veel over de auto en wat hij allemaal
ging verbeteren en vervangen aan de auto.
Banden. Remmen. Filters. Garantie.
Deze auto werd het niet.
Toen naar de dealer.
Daar gingen we proefrijden.
Van tevoren met M de rolverdeling afgesproken.
M zou voor een andere auto gaan dan ik.
M vindt het fijn om een duidelijke rol te hebben bij het
kopen van een auto.
We hebben eerst proefgereden in de auto die mijn favoriet
was.
Zwart, mooie beige bekleding.
Heel chique.
M vond het niets.
Veel te besmettelijk en niet mooi.
Dat vond ze echt.
Ze zei dat ze nog niet in haar rol zat.
Daarna proefrit in de favoriete auto van M.
Grijs met zwarte bekleding.
De auto reed goed.
Volgens M reed deze het beste en hij lag ook beter op de
weg.
Mooi spiegeltje in de zonneklep en ze gleed niet weg op de
bekleding.
Daarna praten met de verkoopmeneer.
M kwam nu volledig in haar rol.
Zij vroeg door op banden, remmen, filters, wegligging,
verbruik en garanties.
Ze had goed opgelet bij de vorige garage.
De verkoopmeneer was onder de indruk.
Toen onderhandelen over de prijs.
Daarna keuze gemaakt.
De keuze hebben we buiten gemaakt.
Met ons verstand.
M gevraagd haar rol los te laten.
Dat vond ze lastig.
Onze keuze hebben we laten bevestigen door het lot.
We hebben een muntje gegooid.
Die had dezelfde keuze als wij.
Dat zit dus wel goed.
Over enkele weken krijgen we een jonge Volvo V70.
Grijs met zwart van binnen.
Inclusief trekhaak en hondenrek.
M is zeer tevreden.
Na het besluit tot aankoop raak ik altijd wat in verwarring.
Existentiële vragen komen naar boven.
Waarom een andere auto? Huidige auto is toch prima? Waarom
zo’n dure? Waarom een Volvo?
Van die dingen.
En dan ben ik even narrig.
Over een paar dagen is dat over.
En daarna komt de nieuwe Volvo.
Voor ons nieuw dan.