Thuis is de schilder weg en komt de rust terug. Het is op school nog hectisch met schooljaarplan, implementatieplan en BRON-meldingen.
Het is nu tijd voor wat luchtigers. Even terug naar de basis van school.
DICTEES
Grouwe gebauwen, louwe thee,
holadio, holadié,
word je broer dominee?
Heel gemakkelijk, zo’n dictee.
Jan vermeid het komietee,
holadio, holadié,
en de mijd bleikt heel tevre,
wat gemakkelijk, zo’n dictee.
Heremejee… ik heb een twee.
A-u, o-u, a-u-w,
o-u-w of dubbel ee,
word je broer moet met dt,
wat een smerig rot-dictee.
En ‘t zijn niet alleen dictees
waar ik hier op school voor vrees:
ook elk opstel dat ik schrijf
staat van rooie strepen stijf.
Streep toch niet zoveel meneer,
anders durven wij niet meer,
worden ons leven lang
zelfs voor brieven schrijven bang.
A-u, o-u, a-u-w,
o-u-w of dubbel ee,
d of t of een dt –
stop ermee! Stop ermee!
Willem Wilmink
Limericks:
1.
‘Er was eens een docent in Schagen
die haar groep niet meer kon behagen.
“Nieuwe werkvormen” sprak zij,
“en alle leed is voorbij
tot aan het eind van mijn onderwijsdagen”.’
2.
‘Er was eens een docent te Veendam
die elke dag een andere werkvorm nam.
Totdat de deelnemers riepen:
“kun-ie dat begriep’n,
elke dag weer ander gezwam”.’