Voor R en J.

Soms, een enkele keer…

Soms, een enkele keer,

met heel veel moeite en voornamelijk toevallig,

lukt het iemand

om met beide armen zijn verdriet te omvatten.

Hij tilt het op

Laat de deur niet op slot zijn nu..

Hij duwt hem open met zijn knie

en loopt met grote breedsporige passen naar buiten.

Kijk uit! roept hij

want het verdriet is zo groot dat hij er niet overheen kan kijken,

en doorzichtig is het nooit.

Ver weg, in een sloot of op een drassige plek

onder populieren

of achter een scheve schutting tussen autobanden,

speelgoed, resten van een vuur,

gooit hij het neer

en fluitend loopt hij terug naar huis.

Toon Tellegen

Lamento

Hier nu langs het lange diepe water

dat ik dacht ik dacht dat je altijd maar

dat je altijd maar

hier nu langs het lange diepe water

waar achter oeverriet achter oeverriet de zon

dat ik dacht dat je altijd maar altijd

dat altijd maar je ogen je ogen en de lucht

altijd maar je ogen en de lucht

altijd maar rimpelend in het water rimpelend

dat altijd in levende stilte

dat ik altijd zou leven in levende stilte

dat je altijd maar dat wuivend oeverriet altijd maar

langs het lange diepe water dat altijd maar je huid

dat altijd maar in de middag je huid

altijd maar in de zomer in de middag je huid

dat altijd maar je ogen zouden breken

dat altijd van geluk je ogen zouden breken

altijd maar in de roerloze middag

langs het lange diepe water dat ik dacht

dat ik dacht dat je altijd maar

dat ik dacht dat geluk altijd maar

dat altijd maar het licht roerloos in de middag

dat altijd maar het middaglicht je okeren schouder

je okeren schouder altijd maar in het middaglicht

dat altijd maar je kreet hangend

altijd maar je vogelkreet hangend

in de middag in de zomer in de lucht

dat altijd maar de levende lucht dat altijd maar

altijd maar het rimpelend water de middag je huid

ik dacht dat alles altijd maar ik dacht dat nooit

hier nu langs het lange diepe water dat nooit

ik dacht dat altijd dat nooit dat je nooit

dat nooit vorst dat geen ijs ooit het water

hier nu langs het lange diepe water dacht ik nooit

dat sneeuw ooit de cipres dacht ik nooit

dat sneeuw nooit de cipres dat je nooit meer.

Remco Campert